
Vandaag ben ik maar extra vroeg opgestaan, want hier in het dorpje B. op de Veluwe zal een feestelijke gebeurtenis plaatsvinden die in de geschiedenis zijn weerga niet kent, en die Koninginnedag in Amsterdam in de schaduw zal stellen. Het zijn hier namelijk de Wereld Eidagen !!!!!! ( Dat het elders in de wereld internationale “Coming Out-dag is, is een beetje hinderlijke en op de Veluwe wat onsmakelijke bijkomstigheid, die mogelijk de Wereld Eidagen wat in de schaduw zal zetten )
Voor de Eidagen is een heuse commissie in het leven geroepen, met de missie om B. de “wereldstad van het ei” te maken. Ook is er een website in elkaar geknutseld die helaas qua layout het ergste voor het voortbestaan van het ei doet vrezen en die associaties oproept met step-ins, steunkousen, corsetten, sokophouders, overvloedig oorsmeer, pedicures, gehoorapparaten, spataderen, lang nadruppelen, steenpuisten waar een bosje zwarte haren uitgroeit, kalknagels, dyslexie, de ambachtschool, Ot en Sien, doorliggen, kunstgebitten, sputums, kantklossen, klederdracht, de veenkoloniën, de watersnoodramp, Balkenende, Staphorst, de verwoesting van Dorestad door de Noormannen en ach, zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan. Het geheel wordt financieel gesteund door de Fortisbank, dat is ook al niet echt bemoedigend, en nu is het mij ineens duidelijk waardoor de wereldwijde kredietcrisis ontstaan is.
Maar goed, terug naar het feest, want zoiets gebeurt niet vaak in het dorpje B. Een commissielid heeft de grammatica- en de hoe-leer-je-ook-al-weer-schrijven-boekjes nog maar eens van stal gehaald om het programma van de Wereld Eidagen in de plaatselijke huis- aan huiskrant te kunnen zetten. Het resultaat is een te verwachten feestgedruis waar menig hart sneller van zal gaan kloppen, en nu al voel ik in het dorp een opgewonden sfeer.
Het programma – en af en toe citeer ik even: Ouders kunnen met hun kinderen drie keer naar een ei-lezing, “over het ei en het maken/proeven van hapjes”. Dat kost wel vier euro per volwassene, en twee euro per kind, dus een beetje Veluws gezin ( toch al gauw vier kinderen ) is voor zo’n lezing 16 euro kwijt, maar zoiets is, vooral voor de kinderen, natuurlijk wèl een onvergetelijke ervaring als je de rest van je leven nooit meer van het erf wordt losgelaten. Er is ook een kunstexpositie van namaak-eieren en eierdozen. Daar hebben hordes schoolkindertjes met de tong uit de mond dagen lang op zitten frutselen, met als resultaat vrolijk beschilderde grote klonten door een gloeiend heet lijmpistool aanéén gekitte peuters, eierdozen en eieren. Interessant.
We mogen de inhoud van een reuzenei raden en er zijn standwerkers. Er zijn enkele ei-bedrijven die hun deuren opengooien. Zo kunnen we een “skybox opfokstal” en “legsystemen” bekijken, wat ook voor de allerkleinsten toch een niet te versmaden attractie moet zijn, en bij een ander bedrijf lezen we “Te bezichtigen: Biologische Legpluimveehouder”. Ja, hoe zou zo’n houder er nou toch uit zien?
Het knallend hoogtepunt van deze orgie van vermakelijkheden wordt echter toch wel het “Eigooien” vanaf de plaatselijke kerktoren. “Nee niet met echte eieren natuurlijk, dat zou zonde zijn en een enorme smeerboel geven. Maar wel met soft kunststof, dus ongevaarlijke raketeieren”. Nadere lezing van deze feestelijkheid leert dat “iedereen die op eigen houtje de toren kan beklimmen mag één ( ! ) keer meedoen en vier raketeieren werpen”.
Ik kan haast niet wachten. Kom je daar totaal buiten adem op de torentransen aan, mag je één keer vier schuimrubberen eieren over de rand knikkeren, die je vermoedelijk vervolgens door de wind weer in het gezicht geblazen worden. Heb ik nu mijn hele leven al willen doen, vier eieren van piepschuim of zo van de toren mikken. Gooi dan gelijk die hele kist omlaag, en spring er desnoods net als Jan van Schaffelaar zelf achteraan, dat geeft nog een beetje effect. Ik voorzie tot diep in de nacht lange rijen wachtenden daar beneden bij de toren.
Feest in B. dus. Wat zal ik ‘ns aantrekken, iets met geel en wit maar.
