[youtube]http://nl.youtube.com/watch?v=KbdWVO8D8uQ[/youtube]
De schrijvende onderwijspers vertoont de laatste weken opvallend veel belangstelling voor dit weblog. Door twee bladen ben ik benaderd om mijn visie te geven over diverse onderwijsontwikkeingen. Zoiets streelt natuurlijk op enorme wijze het imago van Wauwel, zeker omdat dit gedaan is door twee bladen die hier toch lichtelijk door de mangel gehaald zijn. Men heeft blijkbaar de stoute schoenen aangetrokken en de leeuw in zijn hol opgezocht, om zo de vijand de andere wang toe te keren en elk wapen daardoor uit handen te nemen.
Om welke bladen gaat het dan? Wel, ik heb een stukje gewijd aan het nieuwe – aan het MBO gewijde – blad Wijszer ( dit is geen tikfout ) en daarnaast schreef ik onlangs een beschouwing over de MBO-krant, een uitgave van het Proces-Management MBO 2010. Beide organen hebben mijn stukjes blijkbaar sportief opgevat en zien mij nu vermoedelijk als een soort Maarten van Rossem op onderwijsgebied, met in het achterhoofd het idee van “om die zuurpruim kun je lastig heen”. Als er iets gegort moet worden over onderwijs dan komt men blijkbaar op Wauwel terecht (of bij de BON natuurlijk, waar men de laatste tijd opvallend weinig van hoort), en vóór er iets gepubliceerd zal worden gaat men zich eerst afvragen of dat mogelijk koren op de molen van Wauwel zou kunnen wezen want dan maar liever niet.
De pen is nog altijd een der scherpste wapenen. Zeker op het internet, waar iedereen die iets dwars zit, dit aan de grote klok kan hangen. Het is lastig je daar tegen te verdedigen. Als leraar kun je een leerling, die in het algemeen toch altijd iets minder vlot gebekt is dan jij, met een paar woorden de grond in boren. De grootste lastpost verschrompelt. Niet elke docent is zich van dat gevaar bewust, en van de impact die dat op zo’n toch wel weerloze leerling kan hebben. Wie van een dergelijk middel gebruik maakt , is het beroep docent niet waardig. Het probleem is alleen dat leerlingen, en veel volwassenen ook trouwens, niet meer in staat zijn subtiele nuances in opmerkingen te doorzien. Weer iets wat het huidige onderwijs zich mag aanrekenen. We kunnen slecht omgaan met die ander met het korte lontje. En die lontjes worden steeds korter. Niet in de hand houden, maar direct weggooien. Geen tijd meer voor nuancering of een gefundeerde discussie.
Gaat Wauwel nu uit pure dankbaarheid voor deze op een presenteerblaadje aangeboden roem voortaan alleen nog maar advertorials schrijven en principes overboord gooien? Principes kunnen geregeld hinderlijk aanwezig zijn. Maar sommige principes dien je te handhaven, zeker binnen de ruimte die je krijgt. Er valt een hele hoop op het onderwijs aan te merken. Docenten lijken nooit tevreden, je herkent ze in gezelschap ook uit duizenden. Op de camping bijvoorbeeld pik je direct de lesboeren er uit. Je ziet het aan de gelukzalige koppen waarmee we elke minuut van onze krap zes weken zomertherapie in ons opzuigen voordat we ons weer in het keurslijf van vergaderingen en van bovenaf opgelegde regeltjes moeten wringen. De koninkjes van het eigen koninkrijk komen weer een tijd onder het gezag van de dictator die namen heeft als “Onderwijsvernieuwing” , “ROC”, ” Zeurouder” , ” Vergaderagenda”, ” Toetsmatrix” , ” Examennormen” , noem maar op.
Wauwel gaat dus op de oude voet verder. Maar met steeds in het achterhoofd dat een baan in het onderwijs toch wel één van de leukste beroepen is. Ondanks het wat karige salaris en de steeds korter worden vakanties…… ja…. u zit weer boven op de kast, lezer, het is wéér gelukt. Dankzij de komende publicaties echter zal Wauwel net als Maarten van Rossem een veel gevraagd spreker op managementscongressen worden en zal hij door gerenommeerde onderwijsadviesbureau’s benaderd worden voor een peptalk tegen een aanzienlijk honorarium. U hoort nog.