Het is 5 oktober, Lerarendag, de dag na Dierendag. Een paar dagen nadat onze demissionair staatssecretaris Mevr. Marja van Bijsterveld in een interview in de Volkskrant verklaarde dat “wat meer zelfreflectie de leraar zou sieren”. Dieren hebben nu een eigen politie gekregen, de leraar had die al in de vorm van bijvoorbeeld een overheid in Den Haag die voortdurend nieuwe en nog dreigender verordeningen uitvaardigt, en onbegrijpelijke verkeersregels waar je je als docent maar aan dient te houden.
Een grauwe morgen, met dreigende luchten aan de horizon, de wat morsige docentenkamer is nog leeg. Treuriger kan het niet, want gisteren is tot overmaat van ramp bij een inbraak het spaarvarken voor een vertrekkende directeur gestolen, en dus zal de uittredende functionaris het mogelijk zonder moeizaam bijeengeschraapt bedrag moeten stellen. Of we allemaal even door wilden geven hoeveel we er in gestopt hadden, dat wilde de politie graag weten voor het proces-verbaal. Boeven roven de school leeg, bezuinigingen dreigen, er zitten vliegjes in de koffieautomaat en er zijn aan verkeerde personen uitnodigingen verstuurd voor de opening van een nieuwe vleugel waar slechts een handjevol belangstellenden op af lijkt te komen. We hadden zelf ook nog wel zo’n mooie op chique papier gedrukt full colour exemplaar ontvangen, geheimzinnig hermetisch verpakt in glanzend rood aluminiumfolie zonder enige aanduiding, wat deed vermoeden dat je er een of andere sex-catalogus in zou kunnen aantreffen.
Gelukkig was daar dan het interview van onze aankomend CDA-minister van Onderwijs. Ze zou zo graag de sfeer in de lerarenkamer zien veranderen. Want wat zien wij in een dergelijk oord? Daar zit een groepje slachtoffers treurig bijeen, zich wentelend in hun rol, met kritiekloze blikken de onderwijswereld in loensend, een wereld waarin zij met ferme blik de verbeteringen van het onderwijs zouden moeten opeisen nadat zij zelf de boel ter hand hebben genomen. Zachtjes klinkt geweeklaag: de gebakjes ter ere van de lerarendag zijn op. Wanneer je te stevig – door aandoening bevangen – in je slap kartonnen koffiebekertje ( deze was namelijk nèt een beetje goedkoper dan het vorige type ) knijpt, gulpt de inhoud over je toch al met krijt bevlekte kleurloze docentenoutfit heen. Moeten we nu alwééér bijscholen? Moeten we op onze vrije zaterdag naar de opening? Zijn de Snickers uit de snoepautomaat nu zomaar tien cent duurder geworden?
En dan ook nog een beetje willen behouden wat je hebt. Het moet niet gekker worden, vindt de staatssecretaris, die het docentschap toch zo’n prachtig beroep vindt. Ze gunt ons zo graag fierheid, we moeten dingen bij de schoolleiding afdwingen (!) . En wat ook zeker gaat helpen om je als docent weer een beetje goed gevoel te bezorgen, dat is het inkorten van de vakanties. Dat verlicht namelijk de werkdruk, waarbij de staatsecretaris gemakshalve vergeet dat die extra werktijd in no time weer gevuld is met nog meer klussen, nòg meer vergaderingen en nòg meer papierwerk wat je op je bordje krijgt. Kortere vakanties? Prima, maar dan wel graag ook eens een vakantie buiten het hoogseizoen, op een moment dat jij daar als docent zin in hebt. En ja, dát gaat dan weer niet. De lessen gaan voor. De staatsecretaris mag zich gelukkig prijzen dat we niet in Frankrijk leven, waar het onderwijs om de haverklap voor korte of langere tijd staakt.
Docenten in Nederland staken niet. Die stáán voor hun leerlingen, die vinden dat hun leerlingen niet de dupe mogen worden van de door de overheid, waarvan de staatssecretaris de vertegenwoordiger is, opgelegde werkdruk en regelgeving. Dus gaan ze gewoon door, ze roeien met de riemen die ze hebben, en ja, soms voelen ze zich wel een beetje slachtoffer, soms klagen ze wel eens wat, maar ze doen toch altijd maar weer wat er van hen gevraagd wordt, ze pikken alles, ze proberen overal iets goeds en ook nog eens iets leuks van te maken, zélfs als dat door de nieuwe plannen van ons geliefde en o zo met de burger meevoelende kabinet Rutte/Verhagen/WILDERS vrijwel onmogelijk wordt gemaakt.
Wie kruipt hier nu in de slachtofferrol, en wie zou meer zelfreflectie sieren? Ik denk niet de docenten, maar ik denk veel eerder aan de onderwijsregelgevers in Den Haag, met de staatssecretaris voorop!
