Man en Huishoudbeurs

Hoe prop je 10 tassen van 15 kilo in een kluisje?Het is er van de week dan toch een keer van gekomen. Voor het eerst van mijn leven bezocht ik – man van 57 – de huishoudbeurs. Mijn vrouw ook trouwens. Via iets kopen bij de Blokker of zo kon je gratis kaartjes krijgen wanneer je na zes uur ’s avonds het festijn betrad, dus togen wij met de trein derwaarts en pikten onderweg nog wat dochters op. Trouwe lezertjes moeten nu niet de conclusie trekken dat ik een huishouderig type ben. Ik heb een hartgrondige afkeer van alles wat daar mee te maken heeft, en verschuil mij liever achter de kreet: “Laat mij nou de technische klussen hier in huis opknappen, dan doe jij alles wat minder lastig is”. ( Alle vrouwelijke lezers haken nu  verbijsterd en razend van woede af ) Maar ja, op een gegeven moment valt er niks meer aan je huis te klussen, hoewel echtgenotes de uiterst onhebbelijk eigenschap hebben om aan het begin van weekend of vakantie met een hele lijst aan irritante dingen te komen die “je ook nog even af moet maken”. Plintje vastschroeven, eindelijk eens dat fotolijstje ophangen, de rondslingerende schroevendraaierset opruimen, het vergeten hoekje van het plafond schilderen en de gebarsten buitenwaterleiding repareren. Je wordt er soms niet goed van en je wilt als man toch ook wel eens een keertje niks doen en uitrusten  of computeren ( nog meer lezeressen zappen nu weg ) .

Maar goed, we naderden Amsterdam Rai in een soort afgeladen wagon die uit louter staanplaatsen leek te bestaan, en ik begon mij af te vragen hoe ik de trein zou kunnen verlaten zonder er uit te zien als een man die naar de Huishoudbeurs gaat. Ik heb ook al geen zakelijk ogend voorkomen, een iPhone in plaats van een Blackberry en ik wordt ook zelden gebeld voor gewichtig klinkende telefoongesprekken . Een enorme stroom toog richting beurs, en uit tegenovergestelde richting torsten groepen dames van die boodschappentassen op wieltjes mee, waar boven op toch zeker nòg eens voor vijftien kilo aan tassen lag. Alsof er wegens naderend onheil hele steden geëvacueerd werden en nu de vluchtelingenstroom pas goed op gang kwam.  Er waren inderdaad wel wat mannen in de stroom te ontwaren. Ze staken er meestal wat boven uit en ik probeerde mijn vooroordeel te bevestigen dat een man die een huishoudbeurs bezoekt eruit moet zien als het onnozelste jongetje van de klas, een sulletje van de bovenste plank, maar dan op leeftijd. Op computerbeurzen zie je vaak vrouwen die voor duizend procent uitstralen van “ik sta hier wel maar in ben hier niet”; zulke mannen waren hier schaars. Ik zocht dus wanhopig naar meelevende en veelbetekenende mede-slachtofferblikken maar nee, iedereen toog met blij gemoed derwaarts. Nu was er ook een 9 maanden-beurs, dus daar kon ik me mogelijk wat achter verschuilen, hoewel van mijn gezelschap ik er nog het meest uitzie of ik reeds in de negende maand ben. Misschien was er trouwens wel een discrete ingang alleen voor mannen of zoiets.

Binnen was het dus inderdaad vreselijk. Iedereen leek gratis kaarten te hebben, want je zou wel gek zijn om €18 euro te betalen om vervolgens te mogen winkelen. Op naar de vreethal. In een kakafonie van keukendampen, licht en herrie waren standhouders bezig om aan lange rijen wachtende bezoekers – met minihapjes gevulde plastic bordjes met een doorsnede van 5 centimeter te overhandigen. Voor een halve eetlepel kwak sta je dan tien minuten in de rij. De vloer bezaaid met prikkertjes, houten vorkjes, lege bakjes, noem maar op. De vrouwen opereerden vooral in vriendinnengroepen, mannen liepen solitair en geschokt rond of werden aan een jaspand meegevoerd.

Een oudere standhouder in een eenmans kraampje bracht er in eenzaamheid zijn beursdagen door met het verkopen van iets wat een handige draad-insteker moest zijn. Bij een ander kraampje kon ik mijn bril gratis laten poetsen door een rijzige dame, die mij al boenend  meedeelde dat ik dit produkt in een klein potje kon aanschaffen en dat ik nooit meer beslagen glazen zou hebben en dat het vanwege de beurs geen dertig maar slechts twintig euro kostte. En toen ik voorzichtig opperde dat ik dat wel een beetje duur vond brak ze nog net mijn montuur niet door midden en kijfde ze mij een prettige avond nog toe.
Ergens anders kon je binnen één minuut  je wimpers laten verlengen met toch tenminste wel één centimeter, en dat gebeurde dan door een wat uitgeleefd ogende juffrouw  die zo’n gerimpelde huid en afgezakte ogen had, dat haar eigen wimpers daar geheel in verborgen leken te gaan. Mijn eigen vrouwelijk gezelschap liet zich ondertussen de benen ontbossen met een of andere schuurspons, die ook weer twintig euro bleek te kosten. Ik denk dat ik een firma in ontharingsprodukten begin, het moet een miljoenenmarkt zijn, temeer omdat alle vrouwen wordt aangepraat dat ze er als de verschrikkelijke yeti bij lopen.  Toen mijn dochters nog thuis woonden, had je ook voortdurend de indruk in een bos te zijn beland waar bomen versnipperd werden, maar dat was dan het 24-uurs geraas van de Epilady.

De avond sleepte zich werkelijk voort, en gelukkig kon ik hier en daar profiteren  van een soort van massagekussentje, aangeboden door een onbestemde Duitssprekende firma, met zes jaar garantie en voor slechts € 149. Ik kon ook meestemmen op een man  ( Bordje A of B omhoog houden, dames ), of ik kon een lekker ding mee naar huis nemen: een soort kussentje in vergiftigde kleuren.
Helemaal moedeloos werd het toen ik ook nog een druk bezochte stand ontdekte ,  waar op de tafels heel veel roze plastic voorwerpen lagen, die dan weer gelardeerd werden met heel veel veren en ander onsmakelijk ogend ondergoed. Een groot bord prees de nering aan: “Erotische thuisparty’s!”. Achter de toonbank een gezelschap wat bestond uit een op een klapstoeltje gezeten breiende dame van in de zestig ( met leesbril op ), een andere juffrouw die reeds in verregaande staat van ontbinding leekt te verkeren maar de schijn van begin dertig poogde op te houden en een man van rond de vijftig, met drie onderkinnen, roze blozende wangen, een enorme vergrootbril en iets van wit gevlekte plakkerige haarbedekking op de zwetende kale schedel. Je zou haast zin in zo’n party krijgen, tenminste wanneer je niets meer van het leven lijkt te verwachten.

Zo werd het tien uur, en was de bevrijding nabij. Voor het laatst van mijn leven bezocht ik – man van 157  – de Huishoudbeurs.

Huishoudbeurs

In de trein mag ik het laatste  plekje tussen een groepje hevig blond gekapte en geparfumeerde dames van iets jonger dan ik in mijn bezit nemen. Zij gaan naar de huishoudbeurs, “Nederlands grootste vriendinnenbeurs”. In de grote stad, in Amsterdam. Zo te zien en te horen gaan er meer in mijn coupé die kant op: veel goudstiksel op laag uitgesneden truitjes, veel blikkerende sieraden en veel blijdschap en opwinding over het komende optreden van ene Thomas Berge. Als ik het programma nu op de site bekijk, is die al de eerste dag geweest, maar mogelijk gaan ze dus vandaag voor de tweede keer, zó leuk is het daar. Ze zullen daar genieten van een interview met Patty Brard, u weet wel, van die klysma’s ( neem nog een kop koffie ). Er zitten ook een paar mannen tussen, die mogen of moeten denkelijk ook mee. Wat moet een man daar op Nederlands grootse vriendinnenbeurs? Ik stel mij zo voor dat daar een soort speelhoek is ingericht, met computerspelletjes, een paar glimmende motoren, een stapeltje Playboy’s met daarin Patricia Paay ( je zou daarna nooit meer aan sex willen denken ), een beeldscherm met filmpjes van snelle auto’s. Of de kamerdebatten. Uit de luidspeakers schalt door de ruimten een stem: “Meneer Wauwel wil graag opgehaald worden door zijn vrouw! Herhaling: Meneer Wauwel…”

Eigenlijk is het wachten op een fabrikant van bijvoorbeeld dweiltjes of een apparaatje wat ongunstig afstekende haartjes van de bovenlip verwijdert, die mij eens  een dagje, tegen een aardige vergoeding, laat ronddwalen op die beurs en die mij er over laat bloggen of twitteren; om de vooroordelen weg te nemen. Laat mij nu eens uit mijn dak gaan bij Jan Smit of Marianne Weber. Mag ik ook eens met een aansteker heen en weer deinen, graaien tussen de bakken met  koopjes, mij volproppen met hapjes van de onvermijdelijke topkok Cas Spijkers en mij een breuk sjouwen aan tassen met folders en overjarige tijdschriften, met proefverpakkingen maandverband, afwasmachineblokjes, of wc-verfrissers. Even terzijde: waarom gaan vrouwen altijd in groepen – zo mogelijk gezellig gearmd –  naar het toilet? Iemand een zinnig antwoord. Ik zie dat mannen nog niet doen.  Maar dit is weer een typisch mannelijk visie op het gebeuren, en dus ongetwijfeld totaal fout.
Ik bekijk even verder het programma: een mega-workout onder leiding van Carlos Lens. Dat betekent de tassen aan de kant en hikkend en boerend de zojuist verorberde hapjes een dolledans door de opgezwollen maag laten maken. Jong voelen. Hip! Daarna een gratis peeling. De beursprijs voor witte tanden bedraagt slechts € 245,-. Je komt met een geel rattengebit, je gaat met een Pamela Anderson-achtige uitstraling, afhankelijk van waar men heeft zitten peuteren.

De vrouwen in de coupé om mij heen hebben er duidelijk en hoorbaar zin in. Thuisgekomen, aan tafel, waar op dat moment twee van de drie dochters en mijn vrouw aanwezig zijn, check ik even mijn informatie. Wat vinden jullie nou aan zo’n huishoudbeurs. Prompt barst men los. Dat wij mannen dat niet begrijpen. Dat het gewoon leuk is, en gezellig. De dochters blijken al precies te weten wie wanneer optreedt.  Ik begrijp dat toch niet, krijg ik te horen. “Ga jij nou maar met je iPhone spelen!”

Ja, dat zijn wij mannen. Speels. Wij hebben het niet zo op huishouden. Dat bestaat uit nare klusjes. Stofzuigen , afwasmachine in- en uitruimen ( “Ik heb de hele dag gewerkt en gekookt, dus dat mag jij nou eens doen!” ). Eeuwig de was ophangen en afhalen.  Eeuwig vuile mannensokken overal vandaan halen omdat ze niet in de wasmand zijn gegooid.  Eeuwig  baardhaartjes uit de wastafel poetsen.  Eeuwig de overal rondslingerende afstandsbedieningen weer op een net plekje bij elkaar leggen. Eeuwig een nieuwe wc-rol in het houdertje klemmen omdat mannen het zo’n gedoe vinden en belangrijker zaken aan hun hoofd denken te hebben. En die WC’s: eeuwig de boel schoonsoppen omdat wij het vertikken te gaan zitten.
Wij spelen liever.  Met onze computers, onze afstandsbedieningen, onze iPhones. Grote kinderen.

Petje af, huisvrouwen van Nederland. Geniet er van, zo’n dagje.