Het was een donkere namiddag in de herfst. De wind gierde om het oude schoolgebouwtje, wat daar eenzaam op de terp, omringd door eeuwenoude bomen, de kracht van de storm trotseerde. Losgerukt door gure vlagen dwarrelden de laatste bladeren langs de ramen, waardoor een gezellig warm licht scheen.
In de verte rees de eenzame kerktoren uit de doorweekte groene weilanden omhoog, in het dorpje waar de leerlingen en hoofdmeester Smit vandaan kwamen. Schuin achter de kerk kon men tussen de daken de zwart rokende schoorsteen van de melkfabriek ontwaren.
Wie door de kleine vensters van de “School met den Bijbel” keek, kon de kinderen hard aan het werk zien, terwijl de meester behaaglijk achterover in zijn stoel leunde, terwijl hij – al lurkend aan zijn pijp – de leerlingen spiedend aankeek, want zij waren met een moeilijke opdracht bezig. Ze moesten een opstel schrijven, en dat deden ze allemaal met het puntje van hun tong uit hun mond. Achter in het lokaal, tegen de hoge muren en tussen de oude schoolplaten, snorde de grote kolenkachel dat het een lust was! Meester stond rustig op en vulde de gieter, om de geraniums in de vensterbanken nog een scheutje water te geven, want de vrije zondag stond voor de deur.
Plotseling voelde meester een trilling in zijn binnenzak. Hij haalde zijn iPhone te voorschijn en zag dat zijn vrouw hem twitterde; snelde stuurde hij een twitter terug, waarna hij ook nog even op Facebook keek of er nog nieuwe contacten bij waren gekomen. De meester drukte een toets op zijn laptop in en op hetzelfde moment kregen de leerlingen op hun EEE-pc’tjes een popup met de melding dat de schoolbel zometeen zou gaan klingelen. Het rustgevende getik van de kleine vingertjes op de toetsenborden verstomde. De schooldag zat er weer op. Gauw naar huis, om nog even snel, vòòrdat de pan met dampende hutspot op de tafel verscheen, op MSN te chatten en de Hyves bij te werken. Het was weer mooi geweest voor vandaag…….
Het gaat niet goed met het handschrift van onze kindertjes. Uit een artikel wat om onduideijke reden in Nieuwleusen gepubliceerd is ( hebben ze daar nog -of al- handschrift dan? ), blijkt dat op de basisschool schrijfonderwijs als apart vak niet meer gegeven wordt. Dat is wel even afgrijselijk schrikken! Het Platform Handschriftontwikkeling , wat een werkelijk Spartaans en wars-van-alle-nieuwigheden ogende website heeft, is terecht ongerust en trekt aan de bel. Tot hun negende is er voor leerlingen nog enige hoop, wie daarna zijn spijkerschrift niet verder heeft door ontwikkeld, is in feite niet meer te redden op motorisch gebied en zal straks ook zijn eigen aantekeningen niet meer kunnen ontcijferen.
Als ik naar mijn leerlingen kijk, dan constateer ik inderdaad dat de meesten op de schaarse momenten waarop nog ouderwets geschreven wordt, hun pen vasthouden of het een kolenschop is. Daarbij wordt dan ook nog het papier onder idiote hoeken op de tafel gedeponeerd, en alle ingrediënten voor een ernstige schrijframp zijn aanwezig. Ook verwacht ik binnenkort her en der al kindertjes met volledig misvormde handen en vingers door het vele sms-sen, en ogen zullen evalueren tot meer rechthoekige vormen om op die manier beter de beeldscherminformatie te kunnen omvatten. Straks zal een kind niet meer in staat zijn snel een notitie te maken zonder hulp van een stukje electronica.
Ernstig? Natuurlijk. Persoonlijk vind ik het een ramp, naast de afnemende vaardigheid in lezen, rekenen en al die andere vakken die maar niet eens meer genoemd worden omdat het dan helemaal dramatisch wordt met het kennisniveau van onze leerlingen en toekomstige docenten. Het schoontypen heeft het schoonschrijven verdrongen op de rapporten. Voorgoed verdwenen is de tijd van de kroontjespen, het in de Marco-schooltafel ingebouwde inktpotje met schuifje en het inktlapje met op de buitenkant twee rollende oogjes.
