
Op een tafeltje in onze docentenkamer stond sinds begin deze week een blijde display met daarin een flinke stapel “MBO-kranten”. De MBO-krant is een uitgave van het Procesmanagement MBO 2010, en met zo’n mooie naam kan het natuurlijk niet meer mis gaan. De krant is bedoeld voor iedereen die betrokken is ( of meegesleept ) bij de invoering van het competentiegerichte onderwijs in het MBO. Aan het eind van deze week waren er toch zeker wel twee of drie krantjes afgenomen, waaronder eentje door ondergetekende, om als inspiratie bij het schrijven van dit episteltje te dienen.
Allerlei heftig klinkende websites werken mee om het MBO-nieuwe-stijl hoog op de sociale onderwijsladder te plaatsen, die voor sommige onderwijstypen meer weg heeft van een sociale glijbaan: www.marktplaatsmbo.nl , www.competentcity.nl, www.herontwerpschool.nl, www.mbo2010.nl, www.mboacademies.nl, www.leraar24.nl. De krant staat vol met nieuwe begrippen als Flexcollege, inspanningsportfolio, Mondriaanplanner, Innovator, het Team Columbus, het Team Tijd en, – niet schrikken – B2Bback to the benches……. Niemand die ons kan verwijten dat we binnen het MBO niet creatief zijn als het gaat om het bedenken van mooie termen.
In het krantje wordt nog een baanbrekend initiatief uitgebreid voor het voetlicht geplaatst. Ik citeer even letterlijk: de “MBO Marshal”. Deze MBO-Marshals gaan “on the road”, zo werd tijdens de “kick off” gepresenteerd. De marshals zijn min of meer bekende Nederlanders die een voorbeeld-functie moeten vervullen voor MBO-studenten. Ze zullen een positieve boodschap uitzenden voor wie binnen het MBO beschikt over wilskracht en doorzettingsvermogen, twee zaken die je als docent binnen het nieuwe leren zéker nodig hebt.
Niet verbazingwekkend dan ook, dat het grootste deel van de MBO-studenten negatiever is over het leren-nieuwe stijl dan over de ‘ouderwetse manier’ van les krijgen. Zo blijkt uit een onderzoek onder 84.000 MBO-ers. Het onderzoek wordt ook in de MBO-krant genoemd. Daar heeft men het echter over ‘positieve ontwikkelingen’, en worden de zaken waarover studenten negatief zijn, zoals inhoud van de lessen, het programma, het lesmateriaal en de veiligheid op school nogal eufemistisch “aandachtspunten” genoemd. Nu heb ik altijd gedacht dat deze vier genoemde aandachtspunten de kern van het onderwijs vormen, maar daar ben ik zeker wat te ouderwetsch voor.